Nurses in the Lead: Versterken van professioneel leiderschap bij wijkverpleegkundigen
De leiderschapsrol van wijkverpleegkundigen versterken bij het implementeren van evidence based zorginnovaties, dat was de inzet van het onderzoek Nurses in the lead. Het toepassingsgebied was: bevorderen dat teamleden de zelfredzaamheid van thuiswonende ouderen stimuleren
De rol van de wijkverpleegkundige
Ouderen blijven steeds langer thuis wonen en daarmee neemt de complexiteit van de zorg aan huis toe. Ook omdat ouderen na opname in bijvoorbeeld het ziekenhuis steeds sneller worden ontslagen. De rol van de wijkverpleegkundige die toeziet op de kwaliteit van zorg wordt zodoende steeds belangrijker. Hij/zij stelt met de cliënt het zorgdossier op, zorgt ervoor dat zorg is afgestemd en stuurt teamleden aan op de inhoud van zorg. Dat alles vraagt om leiderschap.
Versterken van leiderschap
Het project Nurses in the lead dat in 2017 van start ging, had als inzet: het verder ontwikkelen en versterken van het leiderschap van de wijkverpleegkundige. Daarbij lag de focus op wetenschappelijk onderbouwde innovaties en op een werkwijze waarin zorgmedewerkers de zelfredzaamheid van ouderen stimuleren. Ofwel: goed nagaan wat mensen zelf nog kunnen, dat stimuleren en meer zorgen met ‘de handen op de rug’.
Nurses on the move
Dit twee jaar durend onderzoek bouwde voort op het project Nurses on the move. Hierin werd onder andere een toolbox ontwikkeld die verpleeghuis medewerkers ondersteunt in het stimuleren van bewoners om meer te bewegen. Samen met wijkverpleegkundigen werd de toolbox vertaald naar een instrument voor de thuiszorg (inclusief een implementatieplan), als onderdeel van een nieuw leiderschapsprogramma. Een ander onderdeel van dit programma vormt een leiderschapstraining voor wijkverpleegkundigen: de training versterkt hun coachende vaardigheden, zodat zij collega’s kunnen stimuleren meer te zorgen ‘met de handen op de rug’.
Wijkteams
De toolbox werd vervolgens fasegewijs ingevoerd en uitgetest bij zeven wijkteams van twee zorgorganisaties in Zuid-Limburg. Voorafgaand aan de start werd bij deze teams een nulmeting verricht, met als kernvragen: wat is het leiderschapsgedrag van de wijkverpleegkundigen en in welke mate stimuleren de zorgmedewerkers de zelfredzaamheid van ouderen en welke belemmeringen ervaren ze hierbij?
Na de implementatie, zes maanden later, werd de meting herhaald. Daarnaast werd het proces op basis van interviews geëvalueerd.
Resultaten
Een eenvoudige analyse toonde aan dat het nieuwe programma en de toolbox wel enig effect hadden op het leiderschapsgedrag van de wijkverpleegkundige. En dat teamleden ouderen inderdaad meer gingen stimuleren in hun zelfredzaamheid. Bovendien bleek dat zowel wijkverpleegkundigen als teamleden hier heel tevreden over waren. Wel gaven wijkverpleegkundigen aan dat zij meer getraind wilden worden.
Goede voorbeelden
Op basis hiervan werd het leiderschapsprogramma doorontwikkeld en het werd gekoppeld aan het Kwaliteitskader Wijkverpleging en het expertisegebied van de wijkverpleegkundige. Ook werden al pakweg 30 wijkverpleegkundigen in drie groepen van één zorgorganisatie in Zuid-Limburg op basis van dit leiderschapsprogramma getraind. Het overdraagbaar maken en verder verspreiden van het nieuwe programma is de insteek van het vervolgonderzoek Beschrijven Goede voorbeelden.